Romy Verlind

vakatelier 1

In deze les moesten we een voertuig maken van kosteloos materiaal. We moesten hierbij 3 verschillende assemblagetechnieken gebruiken en het voertuig moest kracht of snelheid uitstralen. Wij hadden gekozen voor kracht, dit hebben we vormgegeven door de rechthoekige omvang en de stevige wielen. We hebben voor de assemblage gebruik gemaakt van lint, punaises en satéprikkers.

Samengewerkt met Demi Janson.

Linker voertuig.

  

vakatelier 2

In deze les moesten we een stop-motion filmpje maken. In het filmpje moest een wedstrijd plaatsvinden tussen 2 voertuigen van de vorige les. Het filmpje moest kracht en snelheid uitstralen en de wedstrijd moest eindigen op een crash. 

Wij hebben ervoor gekozen om vanuit het vooraanzicht te filmen. Doordat onze voertuigen relatief groot waren was het lastig om ze in beeld te krijgen, daarom hebben wij de gang gebruikt als filmlocatie. 

Het programma waarmee je het complete filmpje kon monteren werkte helaas niet bij ons.
Hierdoor hebben wij geen compleet eindproduct die we kunnen tonen. 

Samengewerkt met Demi Janson en Simone van der Starre.

Beoordelingsformulier.

                                                       

vakatelier 3

In deze les kregen we de opdracht om een vis te boetseren waarin moderne elementen verwerkt zijn.

We begonnen met het opblazen van klei, dit deden we met een rietje. Hierdoor gebruik je minder klei, is je werk lichter en zal het minder snel scheuren bij het afbakken.

Technisch doel: De klei opblazen, zo wordt deze hol van binnen en blijft het kleiwerk lichter.
Beeldend doel: Een geometrisch figuur, omgebouwd tot een vis met een modern technologisch aspect.

Apple

                                                                             


vakatelier 4

Vandaag hebben we de theorie behandeld over de klassieke tijd. moderne tijd en de postmodernentijd tijdens de presentatie van Joost en Marijke.

Daarna hebben Simone, Demi en ik een studentcollege gegeven over het lesfasenmodel.

We kregen de opdracht een kunstwerk uit de klassieke tijd op te zoeken om hierover 5 kenmerken te benoemen. We hebben gekozen voor dit schilderij:

Raffael - cherubini

Kenmerken:

2 engeltjes (kinderen met vleugels)
Ze leunen op hun armen
Ze kijken omhoog
Grauwe kleuren
Wolken op de achtergrond

Daarna moesten we 10 foto's maken waarbij we het schilderij imiteren op verschillende manieren.
We hebben gedifferentieerd in achtergronden, kleuren, mimiek en aanzichten.

                                      

Daarna moesten we uit iedere tijd (klassiek, modern en postmodern) een kunstwerk opzoeken.

Klassiek

Johannes Vermeer - het melkmeisje

Kenmerken klassiek:
- Ontwikkeling van schildertechnieken.
- Schetst een beeld van de werkelijkheid.

- Veel portretten.

Modern

Pablo Picasso - Weeping Woman

Kenmerken modern:
-  Spelen met diepte en kleuren.
-  Onwerkelijke beelden.
- Abstract.

Postmodern

Andy Warhol - Marilyn Monroe

Kenmerken postmodern:

- Beelden met een achterliggende gedachte.

- Verschillende technieken.

Samengewerkt met Simone van der Starre en Demi Janson.



vakatelier 5

Beeldend doel: Een bol waarin je diepte kan ziet door met licht en donker te experimenteren.








In deze les kregen we de opdracht om op minimaal 5 verschillende manieren een appel te tekenen. Je moest hierbij differentiëren in techniek en materiaal.

Wasco

Inkt

Schoolverf

Kaarsvet en ecoline

Ecoline, malm, tandenborstel en een rasp

vakatelier 6


We kregen de opdracht om aan de hand van een prentenboek een beeldendevorming les te bedenken.
We kozen een prentenboek met het thema feest/verjaardag.
opdrachten:
1. Een verjaardagshoed maken, deze krijgen de kinderen dan op wanneer ze jarig zijn.
2. Een slinger maken met alle verjaardagen erop, deze hang je in je klas.

Hiernaast wilde we nog een aantal opdrachten bedenken maar hier hadden we helaas niet genoeg tijd meer voor. 

boekje, verjaardagshoek, verjaardagslinger

Samengewerkt met Simone van der Starre en Demi Janson.

vakatelier 7

We kregen de opdracht om met houtskool op een vel papier een kubus te tekenen. Het viel op dat eigenlijk iedereen een kubus tekende op dezelfde manier, maar niet realistisch volgens de regels van perspectief. We hebben daarna verschillende kubussen moeten tekenen waarin je op verschillende manieren expressie kon tonen zoals:
1. Een grappige kubus, ik dacht direct aan een grappig gezichtje in de kubus.
2. Een boze kubus, deze moest je op papier zetten met donkere en grove lijnen.
3. Een verlegen kubus, deze kon je juist weer het beste neerzetten door hele lichte onopvallende lijnen en vormen te gebruiken.

Bij de tweede opdracht moesten we een poppetje boetseren die een bepaalde houding aannam. Wanneer iedereen klaar was gingen we controleren of deze houding ook direct opvalt bij je klasgenoten. Mijn poppetje was niet stevig genoeg om lang de gekozen houding aan te nemen, maar mijn klasgenoten zagen goed dat het poppetje een ingetogen en voorovergebogen houding aannam.

Technisch doel: boetseren
Beeldend probleem: mens figuur in expressieve houding
Beeldaspecten: vorm, verhouding, textuur

vakatelier 8

Fase 2: Het kind heeft schematisch een cartoon weergegeven, er is sprake van doorzichtigheid.

Fase 2: De leerling heeft doormiddel van kleur en vorm een standaard boom getekend zonder details. De leerling maakt het nog niet complex door meerdere overlappende voorwerpen en meer details te tekenen.

Fase 3: De leerling heeft duidelijk gebruik gemaakt van overlappingen. Het kleurgebruik wordt realistischer en ook de lichaamsvormen staan beter in verhouding.

Portret tekenen.

Snelle schets, zonder model.

Model: Simone van der Starre

vakatelier 9

Aan de hand van de afbeelding startvragen, speculerendevragen, onderzoeksvragen en analyserendevragen opstellen.

Aan de hand van de gegeven opdracht, een eigen lesontwerpen.

Voorbeelden van mozaïek dieren, deze zijn door middel van hun schematische vormen te herkennen.

Hond

Geit

Giraffe